|
Uitdaging van de mensheid11 september 2001. Na haast bijbelse regens schijnt vandaag de zon. Het contrast is groot. De heldere dag wordt verduisterd door rook en stof dat zich een weg baant door lower Manhattan. Donkere wolken trekken op hoog boven de stad. Verspreiden zich over de hele planeet en trekken sporen door de ziel van de mensheid.Evil heeft de menselijkheid op de proef gesteld. Op klaarlichte dag toonde het indringend zijn gelaat. Mensenlevens heeft het weggevaagd. Symbolen van voorspoed en kracht heeft het zwaar beschadigd. Deze aanslag is enorm. Een verschrikkelijk menselijk drama en een kruispunt in de geschiedenis. De mensheid zelf blijkt haar grootste bedreiging te zijn. Zij kan haar menselijkheid verliezen en daarmee de bijl zetten aan de wortel van haar eigen bestaan. Een brute uitdaging van de mensheid (Putin). Samen moeten we het kwaad verdelgen (Blair). We moeten onze leider onvoorwaardelijk volgen (Clinton). Maar waarheen? Naar de bunker waarin hij zich verschanst, zinnend op wraak? Oorlog werd altijd gevoerd tussen naties of stammen. Nu is dat anders. De vijand heeft niet één aanwijsbaar gezicht. Net zomin als de vijand één staat heeft geraakt. De hele mensheid is in het conflict betrokken. Ontzagwekkend brutaal wordt iedereen in zijn bestaan bedreigd. Het kwaad heeft de wereld zijn diepe minachting getoond en maakt geen aanstalten om vanzelf weer weg te gaan. Nu wordt ons duidelijk wat we eigenlijk al lang wisten: het is oorlog. Niet tussen stammen en staten maar tussen de aardbewoners onderling. De wereld is ziek. De symptomen zijn zo sterk dat iedereen daar nu van doordrongen is. Wellicht is dat de waarheid die we leren uit deze misselijke daad. Maar waarheid in de handen van mensen is nooit zonder risicos. Te vrezen valt voor hoogmoed en lichtzinnigheid. Uiterlijke symptomen zijn maar al te makkelijk weg te smeren. Verwaarlozing volgt en de ziekte krijgt de overhand. Is de terreur van vandaag een wending? Tot dusver regeerde de onverschilligheid. Niet uit respect geven we elkaar de ruimte. Het is achteloosheid dat onze tolerantie baart. Morele standaards zijn vervallen of leven onderling op gespannen voet. Hoevelen negeren niet hun menselijke gevoelens, verzwolgen in de egoïstische praktijk van elke dag? Hoevelen zitten niet gevangen in eerzucht, hoogmoed en hebzucht? Zijn er nog mensen die het midden weten te houden? Zijn er nog mensen die strijden voor rechtvaardigheid zonder zelf de rechtvaardigheid met voeten te treden? We hullen ons in de jas van de moderniteit. Maar moreel zijn we de Romeinen nog niet ontgroeid. De bedreiging komt niet van Mars maar van binnen. Wijzelf zijn verantwoordelijk voor de angst en de hebzucht die de wereld regeren en de menselijkheid ondermijnen. Vandaag is de dag dat de wereld verandert. De vraag is op welke manier. Weten we het recept voor genezing te vinden? Of hollen we steeds harder ons noodlot tegemoet. Worden we wijzer van de pijn die we voelen? Of zijn we de eerste levensvorm die haar eigen ondergang op het geweten heeft? Het banier dat wij dragen openbaart zich niet door zijn kleur of vorm. Goed en kwaad zit overal. Het openbaart zich in iedere daad van menselijk- en onmenselijkheid. Als 11 september 2001 als keerpunt geschiedenis maakt zal dat zijn omdat het velen ervan heeft doordrongen dat menselijkheid geen overbodige luxe is. Het is een opdracht. Een voorwaarde zonder welke de mensheid geen bestaansrecht geeft. Edgar WortmannRotterdam, 11 september 2001 |
|
Copyright © 2000 - 2001 Elannet BV |